Het jaar aan de kust: oktober – de tijd van trekvogels

Herfststilte die oplost in kleuren, stemmingen, geuren, geluiden. De geur van water, het geratel van de ganzen. Ik ben op de plaats tussen Waygaard en Fahretoft, waar de windsurfers van South Tondern samenkomen. Maar in oktober is er niets aan de hand bij de Bottschlotter See, niemand is wijd en zijd te zien. Voordat ik door een brede laan van hoog riet naar het meer loop, valt mijn blik op de vennen aan de rechterkant, waarachter een uitmondingsconstructie oprijst. Het maakt deel uit van de fysionomie van de moerasweiden, vanuit die broze samenstelling van dijken, sluizen, valleien, kanalen, sloten, bergingsbekkens.

Bij het Bottschlotter-meer
Als het riet groter is dan jij

Het gaat altijd om water. Het komen en gaan van de zee, bescherming tegen stormvloeden, het naast elkaar bestaan ​​van meren en rivieren, bescherming tegen overstromingen. Het gaat over een eeuwenoud cultuurlandschap, de afhankelijkheid van mensen, hun inventiviteit en hun onvermogen om met iets minder dan het maximum in het reine te komen. Dat laatste zou een sociale heroverweging vereisen, een afwijking van het prestatiedenken.

Vol van leven

Bij de Bottschlotter See is de wateruitwisseling met het Bongsielerkanaal gereguleerd. Ik bewonder dit systeem van instroom en uitstroom dat ik me alleen maar kan voorstellen hoe het werkt. Ik hou van dit vlakke landschap dat vol leven is. De koeien op de Fenne grazen onvermoeibaar, ze mogen nog steeds buiten zijn. Een zwerm trekvogels verspreidt zich rondom als een zwart-wit tapijt. Het zijn zeepokken, zoals zo vaak in deze tijd.

Bottschlotter meer
De voormalige kreek

Oktober staat in het teken van vogeltrek, rusten, voeren en zoeken naar winterverblijven. Aangestuurd door het innerlijke kompas blijven niet alleen de ganzen in Noord-Friesland hangen. Dunlins die van de Waddenzee houden, trekken ook massaal naar de waterkant. Terwijl de rotganzen de voorkeur geven aan de Halligen, spartelen de brandganzen op de kusten van het vasteland. Ik ben vaak in het najaar of voorjaar naar een van de observatiehutten geweest, bijvoorbeeld op Beltringharder Koog.

Choreografie van de ganzen

Er is iets gebeurd, de brandganzen stijgen de een na de ander op en de beweging van de individuen creëert geleidelijk een gemeenschappelijke choreografie, die leidt tot de vorming van een ordelijke vlucht. Een energieke stroom in de lucht. Het hoorbare geritsel van de zwerm, vergezeld van talloze oproepen, zweeft hoog boven mijn hoofd. Vogellichamen die in de zon schijnen tegen donkere wolken aan de horizon.

Ik sta aan het water, de enige persoon ver en wijd. Maar niet, ergens zijn stemmen te horen terwijl de wind stil is. Ik dompel me onder in het blauw van het water. U merkt het vandaag niet meer, maar de Bottschlotter See is geen gewone. Het leidde ooit het water van een kreek, een zeearm, door het land voordat het in de 17e eeuw werd bedijkt. Tegenwoordig is het maximaal 1,60 meter diep, meestal kun je er in staan, misschien om in steltlopers te vissen. Naast windsurfen of rijden op motorloze boten is dit hier mogelijk. Alleen het noordelijke deel van het meer blijft onaangetast door menselijke activiteiten.

Overal trekvogels

Had ik nu maar een kano of iets dergelijks bij me! Misschien een SUP-board om zachtjes over het kalme meer te bewegen. Ik draai me om en loop terug naar het zuiden van Noord-Friesland. De trekvogels zijn overal. Sommigen gaan verder, sommigen blijven bij ons. Iedereen die als scholekster is uitgekomen in bijvoorbeeld Noorwegen of de Baltische Staten, overwintert graag in de Waddenzee.

Trekvogels
Ganzen en wolken

Vaak komen we hele kolonies oestervissers tegen, die zich kenmerken door samen op de kribben rond te hangen. Brandganzen vliegen boven in een V-formatie of gaan zitten om in de velden te grazen. Oktober brengt de vroege duisternis met zich mee. Maar wat een spektakel als ik op sommige avonden in de tuin sta en naar de spraakzame zwermen luister zonder ze te zien. Welke verhalen van noord naar zuid, van oost naar west. Alsof de ganzen de laatste levende wezens zijn die nog kunnen reizen.

Tekst en foto’s: Elke Weiler

Nog twee tips

De spreeuwen zijn al heel lang actief, hier en daar zwermen kleinere horden rond. Ze ontmoeten elkaar kort voor zonsondergang en versmelten tot steeds grotere groepen. Op de gekozen overnachtingslocatie kan de bijeenkomst uitgroeien tot een waanzinnige show, het ballet van de spreeuwen. “Sort sol” is wat ze in Denemarken zeggen. In Tønder worden uitstapjes georganiseerd onder begeleiding van experts. Zelfs in je eentje kun je geluk hebben, misschien aan de Gotteskoogsee of op de Speicherkoog bij Meldorf.

Ook het Nationaal Park Waddenzee nodigt u in het najaar uit voor verschillende vogelkieks.

Source: https://meerblog.de/zugvoegel-herbst-nordfriesland/

Похожие записи

Добавить комментарий

Ваш адрес email не будет опубликован. Обязательные поля помечены *